woensdag 25 augustus 2010

Over het lot

Het lot behoedt ons niet te verzanden in tijdelijke belangrijkheid. Het is het lot wat telkens plotseling opkomt en kleinere of grotere breuken bij ons teweeg brengt waar wij de boel vast willen houden, waardoor we niet verder kunnen gaan. Ik zeg er dan direct bij dat het lot dat voor ons allen haarfijn uitgewogen ligt, toch vaak heel erg wreed is. Heel hard, vanuit de mensenhoek gezien, ja. Maar we zullen altijd moeten erkennen dat niets zo radicaal werkt als het lot. En dat er in ons iets is wat dat alles doorstaat. Het is ongelofelijk wat een mens doorstaan kan aan lijden, aan smart, aan eenzaamheid, aan gebrokenheid. Het is onvoorstelbaar. Maar er is ook een kwaliteit in ons, die daar niet door aan te randen is. Dus hoe het lot ook zijn werk doet, wat bijna onaanvaardbaar voor ons is, die kwaliteit komt vrij. Die brengt ons het ongehoorde, van een niet in ten onder te kunnen gaan.
Dat is ongehoord. Dat is de ene kant. De andere kant, die toch altijd opnieuw weer de meest waardevolle is, is het open komen voor het leed wat anderen lijden. Wanneer wij een zeer speciaal leed hebben ondergaan en wij zien dat bij een wildvreemd mens, dan is hij ons na, zeer na. Dan zullen we zeggen 'probeer dit eens, of doe dat eens, of ga daar eens heen', wat in jarenlange omgang met familie niet eens aan de orde kon komen. Dat is de zegenkant van lot en lotswerking.
(Greet Hofmans)

Geen opmerkingen: