vrijdag 22 april 2016

Je bent niet alleen

Ik kijk je in de ogen en ik zie je verdriet.
Ik zie het en ik herken het, want het is ook mijn verdriet.
Ook al voelt het soms alsof je er helemaal alleen voor staat, het is niet waar.
Die ervaring van alleen zijn, is van ons allemaal.
Verdriet kennen we allemaal.
Er is geen onderscheid, het is één gevoel dat hoort bij menszijn.
Eén gevoel tussen vele gevoelens die komen en gaan.
Het verdriet moet niet weg.
Door het weg te duwen en te ontkennen
zal het alleen maar sterker en machtiger worden.
Als je dat-wat-onaangenaam-aanvoelt accepteert
en je er niet meer tegen verzet, dan komt er ruimte.
In die ruimte kan het verdriet stromen.
Het kan opkomen en weer verdwijnen.
Het heeft niet meer het laatste woord.
Je laat het helemaal toe, je voelt het, je ervaart het
en je blijft er tegelijkertijd met je aandacht bij.
Die zachte kracht van aandacht is groter dan het verdriet.
Het is groter dan welk gevoel dan ook.

Richt je tot de aanwezige, tot de stille, tot het centrum van aandacht,
tot het midden van de uitersten.
Daar waar de tegengestelden samenkomen
- donker en licht, pijn en vreugde, koude en hitte,
vrouw en man, leven en dood – precies in dat midden, daar ben jij.
De tijdloze, vormloze jij is gewaar dat hij in dit bestaan
gebonden is aan tijd en vorm.
Natuurlijk word je beroerd door de dingen
die gebeuren van buiten en van binnen.
Maar in plaats van eraan onderhevig te zijn,
in plaats van je leven te laten bepalen door de dingen die gebeuren,
kun je er ook vrij van zijn.

Leven in vrijheid betekent niet dat er zich
geen pijn en ongemak meer voordoen,
het betekent dat je je eigen unieke antwoord geeft op wat er gebeurt.
Je accepteert het, je geeft het de ruimte
en je doet wat er gedaan moet worden.
Je wendt je toe en geeft vervolgens gehoor.
Zo word je van iemand die geteisterd wordt door het leven
tot iemand die de wereld verrijkt.
Als je wordt opgeslokt door je emoties,
kan het lijken alsof je eigenheid je in de weg staat,
alsof je geïsoleerd bent van de andere mensen.
Maar als je je eigenheid - dat wat je bent - inzet,
dan verbind je je juist met de wereld om je heen.
Immers: je biedt jezelf aan het leven aan.
Jouw unieke antwoord op
'het leven met alle gradaties van ervaringen en emoties'
is het geschenk dat je aan de wereld komt brengen.
(Anne Myrte Korteweg)

dinsdag 19 april 2016

Klankschaal - LXXIV


Zeegezicht - LX


De diepte in gaan

De zoeker zoekt geen macht;
daarom kan hij macht aanvaarden.
Als mensen macht zoeken,
hebben zij nooit genoeg.

De zoeker blijft kalm.
Toch kan hij zijn werk afmaken.
Anderen zijn altijd druk bezig.
Toch is hun werk nooit gereed.

Mensen zoeken veel manieren
om de wereld te begrijpen.
Zij lezen boeken,
maar het antwoord ontgaat hun.
Zij bouwen rijken
maar deze storten in.
Zij vormen regeringen,
maar de politiek komt tussenbeide.

De levenscirkel
is ook een spiraal.
Tao is deel
van al deze dingen.

De zoeker kijkt onder de oppervlakte;
hij weet dat wat hij ziet
de realiteit niet hoeft te zijn.
Dit weet hij en hij
laat al het andere los.
(Pamela K. Metz)

donderdag 7 april 2016

Twee stenen


Kersenbloesem - III


Een droom

Zee. Alleen zee, in kolkende beweging.
Bewustzijn. 
Ik ben de ziener van de zee, 
bevind me boven die zee.
Besef uit de zee afkomstig te zijn, 
besef er weer in te zullen verdwijnen. 

Dan zie ik een monsterachtige vis. 
Als ik in de zee val, 
zal die vis me verslinden.
Angst. 
Vlammende angst. 
Maar ik kan wandelen over de zee, 
niet voor eeuwig, 
niet lang zelfs, 
maar het kan. 
Fantastisch, 
gewichtloos over het water te kunnen lopen. 
Verrukkelijk besef dat ik leef. 

Zodra ik niet meer geloof dat dit kan 
zal ik in de golven verdwijnen, 
dat moment komt. 
Maar zolang ik geloof dat het kan 
zal ik erover lopen. 
Twee krachten: 
angst en vreugde. 
Angst om in de golven te verdwijnen. 
Vreugde erover te kunnen lopen. 

Dan word ik 'wakker', 
besef dat het een droom was 
en eigenlijk ook weer niet. 
Het is gewoon ontwaken, 
het ontwaken van het bewustzijn. 
(Paul van der Sterren)