dinsdag 30 maart 2010

Grote broer

Schaal en zwaard

Overgave

Er valt eigenlijk niets te zeggen. Woorden zijn overbodig.
De enige reden waarom ik woorden gebruik
is opdat je de stilte in de woorden kunt ontdekken.
Stilte is waarheid.
Je kunt de waarheid niet in woorden uitleggen.
De woorden worden betekenisloos, overtollig.

De waarheid komt uit vrije wil tot je
als je je voorbereidt door diepe overgave
aan je Zelf,
en alle vormen van gehechtheid, je lichaam, je geest,
en alles wat belangrijk voor je is
overgeeft aan het Zelf.

Zolang je je nog ergens aan vasthoudt,
zal de Werkelijkheid je ontglippen.
De Werkelijkheid komt alleen als je jezelf opgeeft,
als je je ego opgeeft, je wensen,
iets gedaan willen krijgen, verlangens.
Als je het opgeeft om te proberen 
tot Zelfrealisatie te komen.
Als je het gewoon opgeeft.

Dan gebeurt er iets prachtigs.
Je begint uit te dijen.
Niet je lichaam, maar het Bewustzijn dat je bent.
Je wordt allesdoordringend, Absolute Werkelijkheid.
Dat gebeurt vanzelf.
(Robert Adams)

zondag 28 maart 2010

Oude taal in groen en geel en bruin

Spiraal

Ik ben het leven zelf

Het leven is. 
Er is niemand die het leeft. 
Het is niet 'mijn leven'. 
Er is geen 'ik' die leeft. 
Maar ik ben het leven. 
Deze 'ik' is geen persoonlijk 'ik'. 
Het is geen aangenomen, afzonderlijk individu. 
Er is geen scheiding geïmpliceerd tussen de schrijver en de lezer. 
Deze 'ik' is 'jij'. 
Deze 'ik' is alles wat er is.
Ik ben het leven zelf.

Dat ik het leven zelf ben, is bekend. 

Dit weten overstijgt kennis en intellect. 
Dit weten is een weten dat boven ervaring, denken en emotie uitstijgt. 
Weten in niet weten. Ik weet niet hoe ik weet, behalve dat ik ben. 
Daar is geen twijfel over. 
Als dit weten wat ik ben, gaat het personage verder met spelen 
dat het een personage in een spel is. 
Het spel wordt niet langer ernstig genomen, 
maar toch kan alles gebeuren en gebeurt alles.
Er wordt eenvoudig geweten dat wat er ook gebeurt niet 'mij' overkomt.
Het gebeurt eenvoudig in, en als, wat ik ben.

Deze woorden wijzen niet op iets nieuws.
Wat hier wordt uitgedrukt is zelfs tijdloos.
Het is altijd geweten.
Het is bekend.
Het is zeer vertrouwd en gewoon.
Het is wat ik ben.

(Liza Unmani Hyde)

zaterdag 27 maart 2010

Compositie - XX

Ammoniet

Fosielsteensculptuur - Joris Maes

Tekst bij ‘I Tjing - Hexagram 8’

De meester zegt:
Met het orakel is men alleen.

Het vertelt de onuitlegbare eenheid

van waaruit yin en yang nog ontspruiten moeten.
Het orakel spreekt over de vibraties van de ziel;
het IS de vibraties van de ziel.
In het ogenschijnlijke begrijpen tussen mensen
ontstaat het 'twee-zijn' of 'meer-zijn',
want ieder mens heeft andere vibraties van de hersenen.
Menselijk of rationeel, is er geen eenheid mogelijk.
Het alleen-zijn in de eenheid vóór yin en yang
is de grote rust in het bestaan.
Dan is er geen scheiding meer
met het gehele universum.
Elke aansluiting tot een ander mens
berust op totaal alleen-zijn.
Als men niet reikt tot de eenheid van het alleen-zijn,
is verbinding met een ander niet mogelijk.
(Anton Heyboer)

donderdag 25 maart 2010

Japanse roos


Camelia japonica

Takken vangen het licht...

Wie groen wil worden

Wie groen wil worden
moet eerst zijn oude blad
verliezen en kaalweg durven
staan: de naakte stamboom
op de moedergrond het zijn,
moet naamloos als een dode onder doden
in het winterlijke woud
staan uit te zwijgen aan de grond
zijn oernaam 'boom'
en weten met zijn wortelnet
hier is mijn voedingsbodem.

(Catharina van der Linden)

dinsdag 16 maart 2010

Kleurige doeken





De kleurende mens

Het is de dagelijkse opdracht van de kleurende mens elke dag zijn levenspalet, 
zijn mengplaats schoon te maken, te ontledigen. 
Met het mes alles wegkrabben is vaak moeilijk en beschadigt meestal het palet. 
Met sterke oplosmiddelen moet men heel voorzichtig omspringen, 
de bijtende, invretende werking is niet altijd te overzien. 
Een mens, een schilder kan elke dag opnieuw beginnen met een schoon palet 
en onvermengde, frisse kleuren. 
Het duurt een tijd, en deze tijd is meestal heel lang, levens lang, 
vooraleer een schilderij uit het penseel vloeit, spontaan, zonder geknoei.

Het schilderspalet, het levenspalet is dan vooraf talloze malen schoongemaakt. 

Hoe dikwijls worden de kleuren vaal en dof 
vooraleer men het geheim vindt der juiste mengverhoudingen? 
Hoeveel keren ligt men niet met zichzelf overhoop 
en draait men rond de schildersezel 
met palet en penseel in zwetende handen? 
Hoe vaak wordt een mens niet wanhopig en opstandig 
en ervaart hij levensonmacht in die ogenblikken dat hij net wilde handelen?
Het geheim van het schilderen is de vrije hand.
De lege hand.
De open hand.

(Emiel de Keyser)

zaterdag 13 maart 2010

Zonsondergang aan zee - VII

Traditie

Traditie spreekt van eerbied voor het gegevene,
Traditie getuigt van waardebesef voor het geschonkene,
Traditie wil vasthouden wat stroomt,
Traditie wil NU doorleven wat TOEN actueel was.

Traditie is angst voor de onherleidbaarheid,
Traditie is afweer van de eenmaligheid,
Traditie is voorrang voor het historische,
Traditie is huiver voor de verlorenheidbeleving.

Ik doorbreek elke Traditie met Mijn Woord in het heilig NU.


(Reinoud Fentener van Vlissingen)

dinsdag 9 maart 2010

Bergkristal - VI

Minnestreel


Troubadour - Jan Dieusart

Troubadour, zo noemde men hem

Geen horizon was hem te ver
geen bergtop ooit te hoog
geen kasteel te ver gelegen
geen vallei te diep
om het leven te verstaan
en zijn pad tot het eind te gaan.
Op kastelen zong en speelde hij
in valleien danste hij zijn eenzaam lied
onder de tamarinde
droomde hij het leven
en bij de laurier zag hij een andere horizon.
Zo vergat hij waar het leven eens begon
en liet los zijn steeds maar streven.
In een heldere sterrenwacht
in glooiend ochtendlicht
bij het zachte avondvuur
en de late middagzon
speelde en zong hij zacht
over leven zonder duur.
Hij zocht en vond de aarde
hij zocht en vond de lucht
hij zocht en vond de zee
hij zocht en vond het vuur
en in zijn verstilde stervensuur
ging niets meer met hem mee.
Een troubadour, zo noemde men hem,
een zanger met onaardse stem
Een minnestreel
met de hemel in zijn keel
die, toen de volle waarheid in zijn geest verscheen,
de stroom inging
en voorgoed uit het zicht verdween.



(Marcel Messing)

maandag 8 maart 2010

Zee van zilver

Kringen - VII

Om

Toen maakte zich uit de meest afgelegen gebieden van zijn ziel, 
uit een langvergeten verleden van zijn opgebrande leven een klank los. 
Het was een woord, een lettergreep, 
die hij gedachteloos met stamelende stem uitbracht, het oude woord, 
waarmee elk brahmaans gebed begonnen en besloten wordt, 
het heilige 'Om', dat ongeveer zoveel betekent 
als 'het volkomene' of 'de voleindiging'. 
En op hetzelfde moment, dat de klank 'Om' Siddhartha's oor bereikte 
ontwaakte zijn geest plotseling uit de sluimertoestand waarin hij verkeerd had, 
en zag de dwaasheid van zijn handelwijze in. ...

Wat al die kwellingen van de laatste tijd, al die ontgoocheling, 

die wanhoop niet tot stand had weten te brengen, 
bewerkte slechts dit ene ogenblik, 
toen het Om tot zijn bewustzijn doordrong: 
dat hij zichzelf herkende in zijn ellende en dwaling.
'Om' zei hij zacht voor zichzelf: 'Om'. 

En meteen wist hij weer alles, van Brahman, 
van het leven dat niet te verwoesten was, 
van al dat goddelijke, wat hem ontschoten was.
(Hermann Hesse)

woensdag 3 maart 2010

Blauwe reiger

Landschap met wolken - XXI

Waarom niet?

Spirituele verlichting staat naast een leeg melkpak
op een oranje dienblad in de kantine van een basisschool.
Het ligt tussen het gras in een greppel,

naast een roestige wieldop.
Het bevindt zich op de manchetknoop van de linkermouw
van het overhemd van een vrij belangrijk man.

Verlichting kun je vinden naast de lift op de
vierde verdieping van de parkeergarage bij het vliegveld.
Je kunt je hond erom vragen,

maar het kan zijn dat hij het je niet geeft.
Kijk of je het kunt vinden naast de pen in het borstzakje
van het rode jasje van de caissière,
maar alleen op woensdagen.

Verlichting ligt in de kofferbak, naast de krik.
Je kunt het horen in het geknars
van een deurscharnier in de openbare bibliotheek.
Het bevindt zich in het briesje
dat geluidloos door een onzichtbare boom waait.
Het zit tussen het uitademen en het inademen in.

Je kunt verlichting vinden in de kerk,
in de kras op de kerkbank voor je.
Je kunt het vinden in de woestijn,
vlak voordat de wind weer opsteekt.

Verlichting is niets.
Begoocheling is het grootste wonder.
Verlichting zat al in je koffiekopje
nog voordat je de koffie inschonk.
Nu zit het in je koffiekopje.
Twee komma twee miljard jaar
voordat jouw koffiekopje werd gemaakt,
zat verlichting al in je koffiekopje.
Een uur en een kwartier
nadat de tijd het universum heeft verzwolgen,
zal verlichting in je koffiekopje zitten.

Je hebt steeds geweten waar het is
omdat het zich nog precies bevindt
op de plek waar je het hebt laten liggen.
Hoe zou je niet terug kunnen keren
naar een plek die je nooit hebt verlaten?
Je droomt dat je onverlicht bent.
Je droomt dat je wakker bent.

De vraag is: Waarom?
Het antwoord is: Waarom niet?

(Jed McKenna)

maandag 1 maart 2010

Lapis lazuli - II

Afrikaans beeldje

Wie ben ik in hemelsnaam?

Heb jij ook wel eens zo'n irritante vragenlijst moeten invullen 
waarin je gevraagd werd jezelf en je persoonlijkheid te beschrijven? 
Ik zit me dan af te vragen wie ze willen dat ik beschrijf! 
Welke persoonlijkheid bedoelen ze? 
Wie ben ik dan wel helemaal, in hemelsnaam? 
Wat in me opkomt is de persoonlijkheid waarvan mijn ouders 
of anderen me gezegd hebben dat ik die ben. 
De persoonlijkheid waarvan ik zelf heb aangenomen dat ik die ben. 
Dat impliceert een levensgeschiedenis, 
die ik op dezelfde manier als altijd zou kunnen herhalen. 
'Ik ben geboren in… ik groeide op in… 
ik heb dit gedaan… ik heb dat gedaan…' 
Of ik zou wat eigenschappen kunnen opnoemen 
die ik volgens anderen heb. 
'Ik ben verlegen, ik ben enthousiast, 
ik ben vriendelijk, ik ben gevoelig…'

Maar ben ik slechts een lijst met eigenschappen 

of herinneringen uit het verleden? 
Nee, maar wat ben ik dan anders, als ik dat niet ben? 
De meeste mensen zijn doodsbang om te kijken naar wat ze zijn 
(of eigenlijk naar wat ze niet zijn!). 
Wanneer werkelijk herkend wordt dat er slechts een veronderstelling is van een 'iemand', 
is het enige dat over is leegte. 
Er is niets waar je je nog aan vast kunt houden. 
Dit kan zeer beangstigend zijn, want het is de dood. 
De dood van de 'iemand'. 
In de herkenning is er geen angst. 
Wanneer herkend wordt dat er nooit een 'iemand' is geweest, 
is er ook de realisatie dat het hele verhaal maar een grap is!
(Liza Unmani Hyde)