maandag 8 maart 2010

Om

Toen maakte zich uit de meest afgelegen gebieden van zijn ziel, 
uit een langvergeten verleden van zijn opgebrande leven een klank los. 
Het was een woord, een lettergreep, 
die hij gedachteloos met stamelende stem uitbracht, het oude woord, 
waarmee elk brahmaans gebed begonnen en besloten wordt, 
het heilige 'Om', dat ongeveer zoveel betekent 
als 'het volkomene' of 'de voleindiging'. 
En op hetzelfde moment, dat de klank 'Om' Siddhartha's oor bereikte 
ontwaakte zijn geest plotseling uit de sluimertoestand waarin hij verkeerd had, 
en zag de dwaasheid van zijn handelwijze in. ...

Wat al die kwellingen van de laatste tijd, al die ontgoocheling, 

die wanhoop niet tot stand had weten te brengen, 
bewerkte slechts dit ene ogenblik, 
toen het Om tot zijn bewustzijn doordrong: 
dat hij zichzelf herkende in zijn ellende en dwaling.
'Om' zei hij zacht voor zichzelf: 'Om'. 

En meteen wist hij weer alles, van Brahman, 
van het leven dat niet te verwoesten was, 
van al dat goddelijke, wat hem ontschoten was.
(Hermann Hesse)

Geen opmerkingen: