doordringt het stille licht en vervult de lucht.
Ik voel mij oneindig wijd
en doorleef alles in een van binnenuit levend gebeuren.
En in een voelbaar onmetelijk vergezicht leidt,
vanuit de warme bedroefde aarde,
de weg naar Elýsium in heel het innig beleven van mijn eigen aanwezigheid.
Ik dacht aan het begin van die weg te staan,
toen ik de blik naar eindeloze verten richtte
en bleef verlangen naar wat daar voor ons onbereikbaar is.
Maar al wat vóór mij was en vér van mij,
is nu in mij en spreekt daar een levend getuigenis
van wat, onvatbaar in de tijd, als toekomst wenkt.
(Evert van Eeden)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten