zaterdag 19 december 2015

Leegte

I.
Wat heeft het voor zin om naar buiten te kijken?
Het enige wat je zult zien is objecten!
Draai je om en kijk naar binnen.
Zal ik dan in plaats daarvan het subject zien?
Als dat het geval zou zijn, zou je een object zien.
Een object is een object, welke kant je ook opkijkt.
Zal ik dan mezelf zien?
Je kunt niet zien wat er niet is!
Maar wat zal ik dan zien?
Misschien zul je de afwezigheid van jezelf zien, dat wat kijkt.
Het wordt 'de leegte' genoemd.

II.
Ik ben het horen van wat er gehoord wordt,
het zien van wat er gezien wordt,
het voelen en weten van wat gevoeld wordt en gekend,
want ik ben het dromen van wat er gedroomd wordt,
en er is geen ik buiten het dromen,
want het 'ik' in mijn dromen wordt ook gedroomd.

De schilder bevindt zich niet in de afbeelding,
noch de dromer in de droom.
Ook zij zijn slechts concepten.
Ik ben het schilderen, het dromen.

III.
Omdat ik alles ben wat zich voordoet,
wat men zich kan voorstellen dat zich voordoet,
ben ik die me dat voorstelt niet voorstelbaar,
alleen ik stel me iets voor,
dus hoe zou ik me een voorstelling kunnen maken
van dat wat zich een voorstelling maakt,
moet ik zo nodig nog meer zijn?

Wanneer zou ik geboren kunnen zijn,
ik die de bedenker van de tijd zelf ben?
Waar zou ik kunnen leven,
ik die de ruimte omvat waarin alle dingen zich uitstrekken?
Hoe zou ik kunnen sterven,
ik die geboorte, leven en dood van alle dingen omvat,
ik die omvat maar zelf niet omvat kan worden?

Ik ben zijn, onwetend van mijn zijn,
maar mijn zijn is alle zijn.
(Wei Wu Wei - Douglas Harding)

1 opmerking:

Helma zei

Lastig om hier op te reageren want dit iets wat je in stilte moet lezen en moet laten indalen.
Dank je wel :-)