was de Ledige Ruimte van het Ledige
- het Nameloze.
En in het Nameloze was de Ene
- zonder lichaam en zonder vorm.
Deze Ene
- dit Wezen waaraan allen hun bestaan ontlenen -
is de Levende.
Uit de Levende komt het Vormloze, het Ongedeelde.
Uit het zijn van dit Vormloze vloeit alle Bestaan voort
en ieder Bestaan naar gelang van zijn innerlijke principe.
Dit is Vorm. Hier omhelst en voedt het lichaam de geest.
De twee werken tezamen als één;
zij openbaren hun karakters, die in elkaar overlopen.
Dit heet Natuur.
Hij die de Natuur gehoorzaamt,
keert via Vorm en Vormloos terug naar de Levende.
En in de Levende bevindt zich het Onbegonnen Begin.
De versmelting van het Onbegonnen Begin
met de Levende is Gelijkheid.
De Gelijkheid is het Ledige en het Ledige is oneindig.
De vogel opent zijn bek en zingt;
daarna sluit de bek zich weer tot stilte.
Zo ontmoeten ook de Natuur en de Levende
elkaar in het Ledige.
Zoals het sluiten van de vogelbek na zijn lied.
Hemel en aarde vallen samen in het Begin
dat Onbegonnen is, en alles is dwaasheid,
alles is onbekend,
alles is als het stamelen van de gek;
alles is zonder verstand!
Gehoorzamen is als het sluiten van de vogelbek
en terugvallen op het Onbegonnen Begin.
(Thomas Merton - naar Zhuangzi)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten