zaterdag 29 september 2007

Verder

I
Nu we weten dat we verdwaald zijn 
blijft ons alleen deze plek.

Regen, tot aan de horizon regen 
en een zee van grijs-groene heuvels, 
golven van bos na bos.


II
Onze kaarten hebben we achtergelaten, 
ergens, niet boos, niet weemoedig:

ze vertelden ons wat we al wisten, 
waar we vandaan kwamen. 
Niet waar we waren.


III 
Op het punt nu van verder te gaan 
en niet weten hoe, niet weten 
van het geritsel, de geuren, het duister 
onder de bomen, het geschreeuw
in de verte,de verdwijnende 
sporen, van niets weten 
wat het betekent.


IV
Onze gezichten zijn koud en strak, 
glad van de regen, alsof we huilen.

Het is geen huilen, 
het zijn regen en huid.



Grijs-groene golven van bos na bos, 
daarin zullen we verdwijnen.

Daaruit zullen we terugkeren, 
maar dat zullen wij niet meer zijn.

Wie dat zijn weet niemand.
(Rutger Kopland)

Geen opmerkingen: