dinsdag 26 juli 2016

Openstaan voor wat is

Als men honderd jaar geleden had geweten hoe we nu leven, 
zou men ongetwijfeld gedacht hebben dat ieder mens nu gelukkig is.
Inmiddels hebben we wel zowat alles wat ons hartje begeert.
En zijn we nu gelukkig?
Nee, we zijn het nog steeds niet, en we zullen het ook nooit worden.

Het leven is totale kwetsbaarheid.
Laat de zee en de wolken spreken.
Maar steeds weer denken we: straks, 
als de kinderen het huis uit zijn 
en ik met pensioen ben, dan…

Op het laatst sta je je eigen kist uit te zoeken
en denk je nog dat dat je gelukkig zal maken.
Het is een eindeloze frustratie en het staat volkomen
in tegenstelling tot wat spiritualiteit in haar essentie is:
openstaan voor wat is en daarin leven.

Is je hart liefdevol genoeg om te zien dat het 'ik' als individu
een schijngestalte is?
Zie je dat je in werkelijkheid oneindig veel omvattender bent
dan wat die schijngestalte suggereert?
Als dat zien je passie wordt,
is er eigenlijk niets meer nodig dan te doen
wat je in het leven te doen staat,
te leven zoals het zich aandient.
Enthousiasme, verwondering, vertedering, verdriet, vreugde,
gemis, angst, verwarring, ziekte, kwetsbaarheid
zijn de wezenlijke ingrediënten van het bestaan.

De onophoudelijke hang naar geluk,
die suggereert dat je aan de genoemde ingrediënten kunt ontsnappen,
frustreert het leven juist.
Hoe moet je in vredesnaam de persoon die je denkt te zijn,
maar waar je geen naam aan kunt verbinden, gelukkig maken?

Er zijn gelukkige ogenblikken die verschijnen in jou,
maar als het kind dat naar je lacht verandert in een kind dat sterft,
dan verschijnt er diep verdriet in je.
Dat is het leven.
De totale kwetsbaarheid die buiten elke interpretatie om
volkomen zichzelf is, dient zich elk ogenblik aan.

Als er in de spirituele zoektocht gesuggereerd wordt
dat ontsnappen aan die kwetsbaarheid mogelijk is,
noem ik dat boerenbedrog.
Dat soort uitspraken staat slechts in dienst van het bevestigen
en bestendigen van de bestaande hiërarchie,
van de ongelijkheid tussen de 'verlichte' en de 'niet-verlichte'.

In het besef van het ontbreken van elke hiërarchie zeg ik iets anders:
ga met me mee en laat de zee en de wolken spreken,
of de bomen in het bos.
(Jan van den Oever)



Geen opmerkingen: